2002
Broedvogels: Het atlaswerk: opzet, uitvoering en volledigheid
Publication
Publication
Natuur van Nederland , Volume 5 - Issue 1 p. 11- 32
Het atlasproject in 1998-2000 bouwt voort op het eerste Nederlandse atlasproject voor broedvogels, dat uit 1973-77 stamt. Hierdoor kunnen veranderingen in de verspreiding van broedvogels sinds de jaren zeventig zichtbaar worden gemaakt. In tegenstelling tot zijn voorganger bevat de huidige atlas niet alleen kwalitatieve informatie (aan- of afwezigheid van soorten per blok van 5×5 km), maar ook semikwantitatieve gegevens (regionale dichtheidsverschillen, verzameld via een relatieve methode). Om dit laatste aspect vorm te geven, kon worden teruggegrepen op ervaringen in het buitenland, met name Groot-Brittannië. Voor bepaalde methodologische problemen werd een nieuwe oplossing bedacht. Het atlasproject ging voortvarend van start, en na drie jaar onderzoek was vrijwel al het noodzakelijke onderzoek verricht en werd begonnen met het maken van de kaarten, met behulp van een recent ontwikkelde techniek (kriging). Tegelijkertijd werden oude, systematisch ingezamelde broedvogeltellingen zodanig bewerkt dat een beeld ontstond van de aantalsontwikkeling van (min of meer) talrijke broedvogelsoorten gedurende de laatste decennia van de 20e eeuw. Deze informatie biedt, net als de gepresenteerde populatieschattingen, een meerwaarde aan deze atlas.
Additional Metadata | |
---|---|
Natuur van Nederland | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Naturalis Biodiversity Center |
C. van Turnhout, & J.-W. Vergeer. (2002). Broedvogels: Het atlaswerk: opzet, uitvoering en volledigheid. Natuur van Nederland, 5(1), 11–32. |