Enige tijd geleden waren wij bij het Lac du Der-Chantecoq vanwege de kraanvogels die daar op weg naar het noorden een pitstop houden. We zagen daar in de buurt rondrijdend een grauwe gors (en nog veel meer uiteraard). Dat vogeltje is eigenlijk helemaal niet grauw, zijn verenpak bestaat eerder uit verschillende bruinen. Het woord gors komt van het Middelnederlandse genen of garren, wat snateren, kakelen, krassen betekende. Gorzen staan dus kennelijk bekend als veelvuldig vocaliserende vogels, met een wat minder oorstrelend repertoire. In het geval van de grauwe gors klopt dat wel. Zijn liedje is vlug en snerpend, het slot heeft wel wat van het gerinkel van een sleutelbos. De Duitsers vinden ook dat deze vogeltjes grauw zijn: Grauammer. Waarschijnlijk hebben ze net als onze voorvaderen bij slecht licht gekeken. Ammer is hun naam voor gorzen en dat stamt van een woord dat we bij ons terugvinden in emerkoorn.