Bij de Friese vereniging voor natuurbescherming, It Fryske Gea, is in de periode van 1998 tot en met 2000 geëxperimenteerd met het niet vangen van mollen. Het experiment vond plaats in het natuurreservaat de Alde Feanen, een circa 2.500 hectare groot laagveenmoeras, dat ligt tussen Earnewâld (Eernewoude), Grou (Grouw) en Warten (Wartena) in Fryslân (Friesland). Het reservaat bestaat uit verschillende terreintypen, met name open water, riet en natte ruigte, moerasbos, nat schraalgrasland en weidevogelgrasland. Het wordt als natuurgebied internationaal erkend als ‘Wetland’ en is aangemeld voor de Habitatrichtlijn. Bijzondere planten en dieren die er voorkomen: gewone dotterbloem, veenmosorchis, purperreiger, zwarte stern, baardmannetje, roerdomp, groene glazenmaker en de noordse woelmuis.